Een gewone donderdagochtend
Het is een gewone donderdagochtend bij het station van Arques. We vangen een glimp op van mannen in blauwe laboratoriumjassen. Fluitende of zingende deuntjes wedijveren om onze oren met het gebonk van hamers en slijpmachines. De geur van taart prikkelt onze neusgaten. “Als de vrouwen hier zijn, eten we goed”, zegt een gepensioneerde SNCF-medewerker met een glimlach. Maar etenstijd is nog ver weg: er is nog veel werk te doen voor al deze vrijwilligers van de Chemin de Fer Touristique.
“De stoomlocomotief is wat ons het meeste werk kost,” legt Jean-Claude Renaux, een actief lid van de vereniging, uit. Maar dat is lang niet het enige waarvoor de expertise en het geduld van vrijwilligers nodig zijn. “Al het materiaal is oud. Bovendien slapen de voertuigen buiten. Er moeten dus vaak reparaties worden uitgevoerd. Om nog maar te zwijgen van het dagelijkse onderhoud van de site, het onderhoud van de uitrusting…”. Er zijn er dus ongeveer dertig die één of twee keer per week samenkomen, het hele jaar door, ongeacht het weer, om de treinen rijdende te houden in de weekenden wanneer ze open zijn voor het publiek.