Tussen commercie en langzaam toerisme
Riviertoerisme werd voor het eerst geïntroduceerd in Frankrijk in de jaren 1970 en past perfect in het ‘langzame toerisme’ en combineert op natuurlijke wijze met andere activiteiten in de natuur. Frankrijk is het grootste netwerk van bevaarbare waterwegen in Europa, met 8.500 km aan waterwegen, dus het leek niet meer dan logisch dat de Belle du Pas-de-Calais, Aire-sur-la-Lys, daar één van zou zijn.
Bovendien is er een lange geschiedenis tussen de waterwegen en Aire, die heeft bijgedragen aan de economische ontwikkeling van de stad. Door zijn geografische ligging is het bassin des 4 faces het rivierenkruispunt van Aire tussen het Canal de Neuffossé (richting Saint-Omer en de haven van Arques), het Canal d’Aire (richting Béthune, La Bassée en richting Deûle), de gekanaliseerde en bevaarbare Leie (richting Haverskerque, Armentières en Deûlémont) en de Leie intra-muros, een rivier die ontspringt in Lisbourg (62).
In het verleden konden handelsschepen hierdoor omkeren en in de gewenste richting varen. Het bassin, dat al op het reliëfplan van 1745 te zien is, was een commercieel kruispunt dat van Aire-sur-la-Lys een belangrijke lakenstad in de omgeving maakte.